Amsterdam ontdekt belcanto. ANNA BOLENA.

Amsterdam ontdekt belcanto.
ANNA BOLENA.

Anna Bolena (Anne Boleyn) van Gaetano Donizetti. Tragedia lirica in twee actes. 1830. Libretto van Felice Romani, naar werken van Ippolito Pindemonte en Alessandro Pepoli. Eerste uitvoering in het Teatro Carcano, Milaan, op 26 December 1830.
Bezochte voorstelling: De Nationale Opera, Amsterdam. 15 mei 2022. Coproductie met Palau de les Arts Reina Sofia (Valencia) en het Teatro di San Carlo (Napels).

Muzikale leiding: Enrique Mazzola
Regie: Jetske Mijnssen
Enrico VIII:  Adrian Sâmpetrean
Anna Bolena:  Marina Rebeka
Giovanna Seymour:  Raffaella Lupinacci
Lord Riccardo Percy:  Ismael Jordi
Lord Rochefort:  Frederik Bergman
Smeton:  Cecilia Molinari
Signor Hervey:  Ian Castro
Dansers: Alaaeddin Baker, Suzanne de Bekker, Alina Fejzo, Sho Nakasatomi,  Renzo Popolizio, Ismael Del Valle Espinosa, Carolina Verra, Demi Wals, Facundo Ebenegger (reserve), Marta Bianchi (reserve)
Kinderfiguratie: Mila Gelders, Yara Swaab
Orkest:  Nederlands Kamerorkest
Koor:  Koor van De Nationale Opera

Musik: 4****
Inszenierung: 3***

Amsterdam ontdekt belcanto. ANNA BOLENA.

De Nationale Opera verkeert al tientallen jaren in een ernstige crisis. Enerzijds was dit vooral te wijten aan de keuze van de werken, waarbij hedendaagse composities oververtegenwoordigd waren, terwijl Italiaanse opera’s de laatste jaren betrekkelijk zelden en dan ook nog slecht werden uitgevoerd. De tweede reden voor deze crisis was ook de regie, die zich in de laatste 20 jaar steeds verder verwijderd heeft van de richtlijnen van  componist, librettist en de wensen van het publiek, waarbij vrijwel geen enkele productie in deze periode als volledig geslaagd beschouwd kan worden. Helaas heeft de Corona-crisis met de maandenlange sluiting van het grootste operagebouw van Nederland daar geen wezenlijke verandering in gebracht. Zoals we dit voorjaar hebben gezien met werken als Denis & Katja en een volledig verminkte Tosca, heeft de directie weinig gedaan om het verloren vertrouwen terug te winnen.

Tegen deze achtergrond rustte de hoop des te meer op de nieuwe productie van Gaetano Donizetti’s Anna Bolena en het veelbelovende debuut van Jetske Mijnssen bij de DNO. Mijnssen, die in februari van dit jaar een voorbeeldige productie van Poulencs Dialogues des carmélites in de Opera van Zürich afleverde, gaat de komende seizoenen alle drie de Tudor-koninginnendrama’s van Donizetti naar de Amstel  brengen – een project waar veel liefhebbers van Italiaanse opera in Amsterdam en de rest van Nederland al lang met grote verwachting naar uitkijken.

Amsterdam ontdekt belcanto. ANNA BOLENA.
Anna Bolena, De Nationale Opera. Amsterdam. Foto: Ben van Duin.
Foto: Ben van Duin

Een belangrijk woord vooraf: Mijnssen respecteerde -in tegenstelling tot de meeste regisseurs die de opera in Amsterdam teisterden- de muziek van Donizetti en het meesterlijke libretto van Felice Romani. De regisseur is er echter maar ten dele in geslaagd om dit belcantomeesterwerk, dat ook scenisch zeer de moeite waard is, op een boeiende manier op het toneel te brengen. Wat wij op zondagmiddag 15 mei tijdens de bijna uitverkochte voorstelling meemaakten, was eigenlijk een grotendeels semi-geënsceneerde voorstelling. In het eenheidsdecor van Ben Baur, met de bewegende achterwand, komen steeds nieuwe deuren te voorschijn, waardoor steeds andere protagonisten plotseling zichtbaar worden. Zo wordt de sfeer opgeroepen van een benauwend koninklijk paleis, waarin de personages geen privacy hebben en altijd blootgesteld zijn aan de blikken van anderen. Naarmate de voorstelling voortduurt  presenteert de regisseur echter telkens weer prachtig gearrangeerde momenten in deze setting. Maar helaas liet het smalle speelvlak, waarop de respectieve situaties worden aangeduid door middel van rekwisieten (een tafel, een bed, kaarsen), maar weinig scenische mogelijkheden voor ontwikkeling over. Veel kleine details werden weliswaar in principe intelligent uitgewerkt in dit decor, dat overigens ook te donker was (belichting: Cor van den Brink), maar niet tot het einde toe volledig doordacht. De kostuums van Klaus Bruns, gebaseerd op historische ontwerpen uit de Tudor-periode, waren ook te donker en niet onderscheidend genoeg om een zo lange opera als Anna Bolena visueel te ondersteunen.

Er waren twee momenten waarin Jetske Mijnssen haar scenische terughoudendheid doorbreekt, waardoor beide situaties Fremdkörper werden in de totale context van de productie. Eerst wordt in de jachtscène in het park van Windsor Castle een uit de kluiten gewassen hert binnengedragen en op een tafel gelegd {onder besmuikt gelach van het publiek). Enrico snijdt het hart eruit  en overhandigt het bloederige orgaan aan de koningin. De symboliek ligt er duimen dik bovenop, maar de scène is onhandig en gênant. Ook is er een uitgebreide liefdesscène tussen de koning en Giovanna in het eerste bedrijf, waarin Enrico zijn geliefde van haar kleren ontdoet en zij de rest van de voorstelling in een nachtjapon moet zien uit te zingen (no pun intended). Tikkeltje belachelijk en nogal onnozel, vooral bij de grote ontmoeting tussen Anna en Giovanna. Nooit zou een Engelse koningin – ook al zit ze in het cachot van de Tower van Londen – haar hofdame in een nachtjapon ontvangen!

Amsterdam ontdekt belcanto. ANNA BOLENA.
Anna Bolena, De Nationale Opera. Amsterdam. Foto: Ben van Duin.
Foto: Ben van Duin
Amsterdam ontdekt belcanto. ANNA BOLENA.
Anna Bolena, De Nationale Opera. Amsterdam. Foto: Ben van Duin.
Foto: Ben van Duin

Ook werd er door de regie (te) veel onnodige energie verbruikt om de vernederingen van de toegevoegde (geen spoor van in libretto)  kleine Elizabeth, de latere koningin Elizabeth I, in scène te zetten. Ook al is zeer aannemelijk dat het leven van de historische koningin getekend werd door de wrede terechtstelling van haar moeder Anne Boleyn,  de opera van Donizetti voorziet niet in de verschijning van dit personage – ook al is het opvoeren  van de kleine Elizabeth bepaald geen novum. Diverse regisseurs hebben deze “vondst” in hun Anna Bolena verwerkt. Ondanks de bezwaren tegen de enscenering: Jetske Mijnssen heeft de opera van Donizetti geen essentieel geweld aangedaan en ze heeft zangers en  publiek in staat gesteld zich volledig aan de muziek van Donizetti te wijden – en dat is beslist een verheugende nieuwigheid bij DNO.

Marina Rebeka voegt zich, na Maria Callas, Beverly Sills, Monserrat Caballé en Edita Gruberova, in het rijtje van grote vertolksters van de ongelukkige Engelse koningin. Met verbluffende kracht en een voortreffelijke techniek met een uitstekende messa di voce bracht de veelgevraagde zangeres op deze zondagmiddag de operaliefhebbers in vervoering. Groots was hoe zij in het grote duet van het tweede bedrijf zong; bij “Tu! Che ascolto?” uitte zij haar teleurstelling, woede en wanhoop over Giovanna’s verraad alleen al met de modulatie van haar stem. Des te betreurenswaardiger was het dat Rebeka tijdens deze voortreffelijke vertolking twee noten weggleed tijdens de herhaling van de halsbrekende slotcabaletta “Coppia iniqua” en dat de sympathieke zangeres, uit pure schrik hierover, ervan afzag om haar vertolking af te ronden met de door iedereen verwachte topnoot. Voor de rol van Giovanna Seymour had de DNO een uitstekende vertolkster gevonden in de Italiaanse mezzosopraan Raffaella Lupinacci, die met een slanke, heldere stem een breed scala van emoties tot uitdrukking bracht en de ambivalentie van dit personage op een adembenemende manier naar voren bracht. Adrian Sâmpetrean zong een uitstekende Enrico VIII met een voorbeeldige belcanto bas-bariton; het duet Enrico-Giovanna werd zelden erotischer vertolkt. Minder gelukkig waren wij met Ismael Jordi als Sir Riccardo Percy; de verduiveld lastige coloraturen van “Ah cosi ne` dì ridenti” en “Vivi tu” werden door Donizetti indertijd speciaal geschreven voor de stertenor Rubini. Jordi kwam over het geheel genomen wat saai en kleurloos over. Cecilia Molinari verblijdde met een rijk gekleurde mezzosopraan als Smeton, terwijl Frederik Bergmann en Ian Castro tamelijk onopvallend waren in hun rollen als Lord Rochford en Signor Hervey. Het Nederlandse Kamerorkest zorgde met dirigent Enrique Mazzola, die gespecialiseerd is in het belcantowerk, voor een geïnspireerde, altijd zangvriendelijke interpretatie van Donizetti’s meesterwerk, waarbij het schitterende gebruik van de  blaasinstrumenten een grote vreugde was. Muzikaal gezien heeft deze uitvoering  geen seconde verveeld, ondanks de duur van drie en een half uur! De dirigent had wel voortdurend duidelijke problemen met de belabberde akoestiek van Het Muziektheater.

Het koor, ingestudeerd door Klaas-Jan de Groot, liet horen dat het weinig ervaring heeft met het belcantorepertoire. Er had muzikaal veel meer uitgehaald kunnen worden, met name uit de fraaie refreinen van het tweede bedrijf, wanneer het tragische lot van de koningin door het koor van commentaar wordt voorzien.

Amsterdam ontdekt belcanto. ANNA BOLENA.
Anna Bolena, De Nationale Opera. Amsterdam. Foto: Ben van Duin.
Foto: Ben van Duin

Aan het eind van de voorstelling had het publiek een enthousiast en ruimhartig applaus over voor alle betrokkenen. Amsterdam heeft eindelijk weer eens een representatieve productie van een Italiaanse opera op het repertoire, met een verheugend uitzicht op Maria Stuarda en Roberto Devereux in de komende seizoenen. Hoe de productie zal worden ontvangen in de coproducerende operahuizen van Napels en Valencia, twee onbarmhartige belcanto-bolwerken, is een andere vraag…..


Marco Aranowicz

localisatie: Olivier Keegel
4.8 4 stemmen
Artikel waardering
Marco Aranowicz

EDITOR-IN-CHIEF

MARCO ARANOWICZ IS BASED IN ZURICH. HE IS GOING TO THE OPERA SINCE THE AGE OF TEN, AND HE LIVES FOR THE GREAT ITALIAN OPERA REPERTORY.

No Older Articles
No Newer Articles
Abonneer
Laat het weten als er
guest

17 Reacties
Nieuwste
Oudste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
W. van Essenbeek
W. van Essenbeek
1 jaar geleden

Na mijn bezoek aan Anna Bolena op Hemelvaartsdag was ik behoorlijk ontdaan. Dat lag niet zozeer aan de kwaliteit van de productie, als wel aan dat vreselijke theater. Zoals bekend, destijds ontworpen door een architect die volstrekt geen boodschap had aan de voornaamste functie van een operatheater, namelijk dat je als bezoeker de opera goed wil kunnen horen en zien. Vanuit een substantieel deel van het theater heb je slechts een partieel zicht op het gebeuren, en als dan ook de regie daar geen rekening mee houdt ben je zoals zo vaak weer eens de klos als je geen 167… Lees verder »

Olivier Keegel
Beheerder
1 jaar geleden
Antwoord aan  W. van Essenbeek

De geschiedenis van de bouw van Het Muziektheater is zo mogelijk nog treuriger dan de aftakeling van zijn bespeelster, DNO. Allereerst is het gebouw van buiten oerlelijk: overdag een kunstgebit en ’s avonds een enorme broodjeszaak. De Stopera was bij voltooiing al hopeloos verouderd. Het concept was ontstaan in de vroege jaren zestig (!), en de Oostenrijkse architect Willem Holzbauer presenteerde in 1968 (!) “het beste ontwerp”. Vervolgens gebeurde er dertien (!) jaar lang niks, en bleef men maar dralen. Uiteindelijk bedacht Willem Holzbauer een samenvoeging van het plan voor een nieuw muziektheater van de architecten Bernard Bijvoet en Gerard… Lees verder »

Olivier Keegel
Beheerder
1 jaar geleden
Antwoord aan  W. van Essenbeek

De geschiedenis van de bouw van Het Muziektheater is zo mogelijk nog treuriger dan de aftakeling van zijn bespeelster, DNO. Allereerst is het gebouw van buiten lelijk: overdag een kunstgebit en ’s avonds een enorme broodjeszaak. De Stopera was bij voltooiing al hopeloos verouderd. Het concept was ontstaan in de vroege jaren zestig (!), en de Oostenrijkse architect Willem Holzbauer presenteerde in 1968 (!) “het beste ontwerpplan”. Vervolgens gebeurde er dertien (!) jaar lang niks, en bleef men maar dralen. Uiteindelijk bedacht Willem Holzbauer een samenvoeging van het plan voor een nieuw muziektheater van de architecten Bernard Bijvoet en Gerard… Lees verder »

Olivier Keegel
Beheerder
1 jaar geleden
Antwoord aan  W. van Essenbeek

https://youtu.be/AFm0USmy-fU U noemt de Raad van Toezicht; ik heb uit nieuwsgierigheid de nr 1 eens gegoogled, Else Bos

Mauricio Fernandex
Mauricio Fernandex
1 jaar geleden

Blijkbaar heb een andere productie meegemaakt dan deze recensent. Ik was gisterenmiddag hij de laatste voorstelling en zelden heb ik het theater verlaten met een gevoel van frustratie en tegelijk boosheid. Wat de Nationale Opera presenteerde voldeed niet in de verste verte aan de eisen die Donizetti stelt aan zangers en dirigent. Mw. Rebeka presenteerde een middelmatige Bolena waarbij de schakeringen van de stem achterwege bleven, van messa di voce of trillers was nauwelijks sprake. De rest van de cast muv Smeton was van een frustrerend middelmatig niveau en over de dirigent past alleen de typering omhoog gewekte repetitor die… Lees verder »

Olivier Keegel
Beheerder
1 jaar geleden
Antwoord aan  Mauricio Fernandex

Ik weet niet of je naar Der Freischütz durft, maar dan denk je nog wel eens weemoedig terug aan deze Anna B. Qua Anna B.: saaie regie, ja. En Rebeka, dat ben ik wel met je eens (ben niet naar deze Anna B. geweest), heeft ook naar mijn mening haar beste jaren gehad.

Mauricio Fernandez
Mauricio Fernandez
1 jaar geleden
Antwoord aan  Olivier Keegel

Nee, geen Freischütz voor mij afgezien van de Waldschlucht vind ik de partituur een onuitstaanbare Bidermeier klucht.

Kersten van den Berg
Kersten van den Berg
1 jaar geleden
Antwoord aan  Mauricio Fernandez

Voor mij zijn Agathes aria`s van een mozartiaanse allure. Je hóórt de Gravin.

Kersten van den Berg
Kersten van den Berg
1 jaar geleden
Antwoord aan  Olivier Keegel

Ook in 2013 (Guillaume Tell DNO) schreef ik in mijn reactie op de recensie van Place de l’Opera -kon toen nog-

Kersten van den Berg
Kersten van den Berg
1 jaar geleden
Antwoord aan  Olivier Keegel

Correctie: Ook in 2013 (Guillaume Tell DNO) schreef ik in mijn reactie op de recensie van Place de l’Opera -kon toen daar nog- over Marina Rebeka`s irritante, monochrome, schrille stemgeluid.

Willem
Willem
1 jaar geleden

Heerlijk om te lezen, wat mij op valt 3* voor regie, Gazet is altijd best kritisch, als operaliefhebber geef ik na het lezen 2,5*. Waarom het hert!

Ronald Valk
Ronald Valk
1 jaar geleden

Helemaal mee eens, nog een raar puntje..de “koningin” valt flauw na alle aantijgingen en zijgt ineen op de grond..iedereen “huppelt” er vrolijk omheen…alsof ze er niet is…..Ik vond het ook veel te donker als je ver weg zit is het zeer lastig ..er werd prachtig gezongen! Hoeft niet altijd te eindigen op een Hoge Es of D of C..ik heb genoten daar ging het om. Nu afwachten wat ze Maria Stuarda doet dat verhaal ken ik van begin tot het eind!

Jan de Jong
Jan de Jong
1 jaar geleden

Wat betekent “localisatie” in de ondertekening?

Olivier Keegel
Beheerder
1 jaar geleden
Antwoord aan  Jan de Jong

Localisatie is het aanpassen van je content voor een specifieke doelgroep.

Jan de Jong
Jan de Jong
1 jaar geleden
Antwoord aan  Olivier Keegel

Ik had niet verwacht dat new speak ook hier zou toeslaan. ik begrijp dat onder deze dekmantel er naar believen kan worden ingegrepen in andermans tekst. Dat dit gebruik bestaat op Operagazet was mij al eerder opgevallen, maar nu is het zelfs afgezegend met een nietszeggend predicaat.

Olivier Keegel
Beheerder
1 jaar geleden
Antwoord aan  Jan de Jong

“Newspeak”! 🙂 Localisatie of localisering is een term die al ruim 30 jaar gangbaar is in de vertaalwereld. Maar u heeft geluk. Immers, Mattheus 5:3 zegt: “Zalig zijn de armen van geest; want hunner is het Koninkrijk der hemelen.”

T. Adams
T. Adams
1 jaar geleden

Realistische recensie. Beter onderbouwd dan alle kritiekloze hosanna-verhalen van pers, bezoekers en DNO zelf.