Zemira e Azor
Komische Oper van André-Ernest-Modeste Grétry, verrijkt met geleende muziek van Niccolò Jommelli en Ignaz Holzbauer. Libretto: Jean-François Marmontel.
Schlosstheater Schwetzingen. Mannheim. 14 juni 2023.
Zemira Amelia Scicolone; Azor Patrick Kabongo; Ali Raphael Wittmer; Sandro Thomas Berau; Fatima Seunghee Kho; Lesbia Maria Polańska; Orchester Akademie für Alte Musik; Statisterie Statisterie des Nationaltheaters; Musikalische Leitung Bernhard Forck; Regie, Bühne & Kostüme Nigel Lowery
Muziek: 5 *****
Regie: 5 *****
NB: Niet te verwarren met Zemire en Azor van de 18e-eeuwse Amsterdamse componist Bartholomeus Ruloffs.
Zemira e Azor
Prins Azor heeft een probleem. En niet zomaar een alledaags lhbtqia+ probleempje, want hij is niet lesbisch, niet homoseksueel, niet biseksueel, niet transgender, niet queer, niet intersekse (noch hermafrodiet) en ook niet aseksueel. Nee, zijn vermodderde identiteit zit ‘m in dat geniepige plusje van lhbtqia+. De + staat in het algemeen voor de variaties die niet vallen binnen de gebruikelijke definities van ‘man’ en ‘vrouw’; en voor Prins Azor betekent die + dat hij, betoverd, leeft in de gedaante van een weerzinwekkend beest. In alle rust, dat wel. Totdat op een dag een buitenlander zijn rust verstoort. Ter Apel is van alle tijden! De indringer moet als straf een van zijn dochters aan het monster offeren. De mensenmens Zemira stemt hiermee in, maar ontdekt al snel dat Azors dierlijke omhulsel een mens zonder baarmoeder herbergt, een kanjer, zo zou later blijken. Wij laten het verder aan uw verbeelding over hoe de relatie tussen Azor en Zemira zich ontwikkelt. Alles wird wieder gut, dat kan ik u wel verklappen. Wilt u een eindje op weg geholpen worden, klik dan HIER.
Was de schepper van deze komische opera, André-Modeste Grétry (1741-1813), een groot componist? De vraag vereist wellicht een genuanceerde benadering van het antwoord, maar draait uiteindelijk toch gewoon uit op “néé”. Zijn orkestraties waren bij tijd en wijle zo beroerd dat sommige werken gedeeltelijk herschreven moesten worden door andere componisten. Maar Grétry kende zijn beperkingen en kwam er volmondig voor uit, waarvoor: chapeau! Hij was het bekendst om zijn komische opera’s zoals Zemira e Azor. Zijn bedrevenheid in het operarepertoire ontleende hij aan het bijwonen van opera’s van Pergolesi, Galuppi e tutti quanti. Toch kwam hij als componist van komische opera’s lekker op gang. Le Huron was een groot succes, evenals Le tableau parlant en Lucile en zeker ook Zemira e Azor (de oorspronkelijke versie was in het Frans, Zémire et Azor).
Een alleraardigst weetje is dat Grétry tweemaal begraven werd. In 1828, 15 jaar na zijn dood werd zijn hart overgebracht naar zijn geboorteplaats Luik, maar de rest van het lichaam bleef in Parijs, op Père Lachaise. In elk stadje een schatje.
De uitvoering van Zemira e Azor in het pastelroze Rokokotheater, een voormalige zuurstokkenfabriek, van Schloss Schwertingen, was een spektakel van een kwaliteit die men zelden meemaakt. In onheilspellende tijden als de onze (zorg bij een atomige parapluwolk voor voldoende water en een pak biscuit, zet een pan op uw hoofd en ga onder de tafel zitten) is dit wat blijft (1 Korintiërs 13:10-13): Geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is toch het pretentieloos amusement. In dit geval van het aller-, allerhoogste niveau. Even ter zijde: als u net als ik gecharmeerd bent van pretentieloos amusement vergeet dan vooral niet volgend jaar naar The Shell Trial bij De Nationale Opera te gaan. Hier vast enkele beelden van de repetities die nu al in volle gang zijn.
Zemira e Azor vindt plaats in het kader van het jaarlijkse Schwetzingen SWR muziekfestival. Het bedwelmende 18e-eeuwse Schlosstheater, de tuinen lijken einde- en grenzenloos, is een krachtig protest tegen alles wat kleinzielig, woke en afgunstig is, en laat zich moeiteloos omschrijven als een van de Teutoonse mijlpalen als de Autobahn, het BMW-museum, Bayern München, de Volkswagen en Heino.
NIGEL LOWERY
In deze zeer aparte omgeving beleefden wij een van de fijnste opera-avonden ooit. Was de regie van Nigel Lowery geestig? Jawohl, sehr witzig. Maar dat niet alleen, de regie was zo magistraal spitsvondig en humoristisch, dat wij in plaats van de kwalificatie “ingenieus” liever de woorden “absoluut geniaal” zouden willen gebruiken. Wat een meesterlijke regisseur, die ons van de ene verbazing in de andere liet vallen. Absolute Spitzenklasse. (Aangewezen man om de Augiasstal aan de Amstel uit te mesten.) Wij hadden zo af en toe wel het idee dat Lowery ons ook Iets Diepgaands (zijn er nog opera’s die géén coming-of age-sausje over zich heen krijgen?) wilde meegeven, maar daar hebben wij ons adequaat voor afgesloten. Net als in het leven buiten het operahuis.
Regie dus méer dan puik in orde, maar van de muziek genoten wij evenzeer. Het orkest Akademie für Alte Musik baseert zijn uitvoeringen altijd op gekruide peperigheid en kittige levenslust. Dirigent Bernhard Forck week niet van dit principe af en zorgde voor die verwachte pittige aanpak, zonder in barsheid te vervallen. Wij zijn een groot liefhebber.
En nu wordt het eentonig: ook de cast was zonder uitzondering voortreffelijk. Geen enkele zwakke plek. Amelia Scicolone strooide als Zemira ruimhartig en charmant met soepele coloraturen (de beruchte suicide coloratuuraria “La fauvette avec ses petits” was een festijn), terwijl Seunghee Kho als haar zus Fatima indruk maakte door haar voortreffelijke, fluweelachtige techniek. Mevrouw Kho beschikt over de barnstenen sopraan die “iets met je doet”, niet alleen qua muzikale waardering, maar ook qua impact op het integrale gestel; geen vezel blijft onberoerd, en ook de hormonen blijven niet buiten schot. Kijk en luister in de OperaVision registratie vanaf 48:35. Patrick Kabongo was zelfs als “beest” de stimmlich ideale schoonzoon. Hij bracht zijn rol met veel humor en met een tenor van wat-heb-ik-jou daar. Ook Raphael Wittmer (Ali) was uitstekend op dreef: wat een zangkunstige duivelskunstenaar, wat een acteur, terwijl ook Thomas Berau (Sandro) met zijn prachtige bariton zijn vaderrol voortreffelijk vervulde, nu eens ontroerend dan weer uitermate komisch. Zusje Lesbia (Maria Polańska) sloot zich moeiteloos bij het extreem hoge niveau van de voorstelling aan.
Kortom, dit is een goed stel hoor!
Een opname van de productie is vanaf 10 juni (dus nu) te zien op www.operavision.eu en zal daar 3 maanden lang on-demand beschikbaar zijn
En daarmee, geachte lezer, laat ik u over aan de verpozing die Opera Gazet u pleegt te bieden.