Tristan und Isolde. Festival d’art lyrique d’Aix-en-Provence.
Bezochte voorstelling 6 juli 2021.
Breaking News : Tristan overleeft metrorit niet
Tristan: Stuart Skelton; Isolde: Nina Stemme; Brangäne: Jamie Barton; Kurwenal: Josef Wagner; König Marke: Franz-Josef Selig; Melot: Dominic Sedgwick; Ein Hirt / Stimme eines jungen Seemanns: Linard Vrielink; Ein Steuermann: Ivan Thirion; Koor: Estonian Philharmonic Chamber Choir; Koorleiding: Lodewijk van der Ree; Orkest: London Symphony Orchestra; Muzikale leiding: Sir Simon Rattle; Regie: Simon Stone
Muziek: ****4****
Regie: 0,0
©Jean-Louis Fernandez
Voorbeeldige metrodiversiteit
U dacht dat u het tragische verhaal van Tristan en Isolde goed kende? U denkt nog steeds dat Tristan, zwaar gewond door Melot, in doodsangst ligt te sterven in zijn voorouderlijk kasteel als hij hoort dat het schip van Isolde de haven binnenvaart en dat zij zich eindelijk bij hem zal voegen? Dat heeft u dan lelijk mis. Een cursus “Mensen van Nu vieren de urgentie van opera” is geen overbodige luxe. Metrobestuurder regisseur Simon Stone bewijst dat ook de simpelen van geest een opera om zeep kunnen helpen, óók in een metro.
Ja, de beklagenswaardige Tristan legde het loodje in de metro, het urgente, desoriënterende decor in de derde akte. Verschillende stations worden aangedaan, en een uitzonderlijk evenwichtig samengesteld tot diversen gemaakten stapt in en uit (DNO zou ervan smullen). De prachtige althobosolo aan het begin van deze akte wordt in de Parijse metro gespeeld door een van die uiterst irritante muziek-bedelaars waaraan iedereen die wel eens met de Parijse metro heeft gereisd, zich dood ergert. (Behalve de eerste keer, dan is het nog couleur locale.)
In de tweede akte vond de wonderlijke nachtelijke ontmoeting tussen de twee geliefden Tristan en Isolde plaats in een onbestemde ruimte. De tocht naar de fatale liefdesdrank in akte I vond plaats in een soort proleterig Jeff Bezos-jacht – kan ook George Soros zijn.
Concepten, altijd maar weer concepten
Maar pas op: we hebben hier wel te maken met een….. concept! Tijdens de opening wonen we een feest bij met uitwisseling van geschenken, en ontdekken we dat de heer des huizes zijn vrouw bedriegt met een jonger exemplaar. De vrouw stelt zich dan, in een soort droom (Droom! De Droom In De Opera, welk een nostalgie), wat zij meemaakt tijdens het verhaal van Tristan en Isolde (was ooit een opera van Wagner), maar dan deftig gemaakt met een hoeveelheid hupsafladder waar menig spoken-word artist een puntje aan kan zuigen. De opera wordt dus beleefd in de “setting” van haar dagelijks leven.
Een vondst!
De tweede akte, waarin de geliefden alleen hun liefde kunnen uiten in de nacht en waarin Tristan ernstig gewond raakt door Merlot, wordt conceptueel intens opgeleukt. Verschillende figurantenparen beelden Tristan en Isolde uit in heel wat minder poëtische situaties. Pittige ruzies en ferme scheldpartijen tussen de geliefden nemen de overhand. Nu eens wordt er gekijfd over de voogdij over een kind, dan gaat het weer over oud worden. En….. Tristan zit in een ROLSTOEL! (Tweede nostalgiemoment.) De regisseur wil maar zeggen: “Grote hartstochten” ? Bullshit! “Eeuwige liefde”? My ass!
Een van de mooiste gedeelten van Tristan om zeep geholpen door een derivaat uit de toneelwereld, de invasie der toneelregisseurs waar de opera nog geen vaccin tegen gevonden heeft.
Het is de zoveelste keer dat een regisseur het publiek lastigvalt met een even krankzinnig als overbodig “concept” in plaats van zich in te spannen om de opera optimaal en begrijpelijk gestalte te geven. De hupsafladderige regisseurs zijn o zo bevreesd dat zij hun stempel niet kunnen zetten. “Als ik er niet een beetje mee rotzooi, is er weinig aan,” zo lijkt de gedachte te zijn. Er moet altijd “een extra laag” in, want dan stel je pas wat voor. Er zij reuring! En wel door mij. IK, de regisseur. IK. Ik. Ik.
“We’ll always have Wagner”
Zo wordt getracht ons plezier in de muziek te vergallen ter meerdere glorie van een nobody, en wordt bij nieuwe operabezoekers een flinke portie antipathie gekweekt. Die gaan de volgende keer gewoon weer naar André Rieu.
Edoch! Wagner laat zich zich niet door de eerste de beste nitwit wegzetten. Wagner sloeg de aanval af! Hij kwam, zag en overwon. En dat is in hoge mate te danken aan de dirigent en zijn orkest: Sir Simon Rattle en zijn Londens Symfonie Orkest. Wat een helderheid verlenen ze aan deze weelderige partituur. Ook een zéér belangrijke rol voor de buitengewone stemmen, subliem in de karakters die zij vertolken. Nina Stemme is als Isolde van buitencategorie, Stuart Skelton is een weergaloze Tristan. Vocale beheersing, loepzuivere inzetten, expressiviteit. Wat een genot om dit live met deze topzangers en topmusici mee te maken. Franz-Josef Selig is een aangrijpende Koning Marcus. Josef Wagner als Kurwenal heeft een sterke aanwezigheid naast Tristan. Linard Vrielink, de jonge zeeman, en Ivan Thirion, een stuurman, zijn opmerkelijke verschijningen. Jamie Barton-Brangäne en Dominic Sedwick-Melot maken de cast compleet.
Grensverleggend, urgent en actueel muziektheater: Prima la musica poi il nonsense.
En nog even wat anders: Isolde zit in die metro nogal opvallend naar een ander (jonger en slanker exemplaar) te sjanzen. Maar dat zal wel zijn omdat eeuwige liefde niet bestaat, zoals de regisseur ons heeft duidelijk gemaakt. Nu Tristan dood gaat, heeft ze alvast een ander versierd, zo kan ik dat wel in het Concept verklaren.
Geestig, heer Keegel! Een vraag: wat moet dat kantoor met computers in dit Concept?