Hans de Roo in de as gelegd
In De Nieuwe Muze was weer eens het pijnlijke, uit onwetendheid voortspruitende misverstand te lezen dat Audi de opera in Amsterdam “uit haar as deed herrijzen”.
Laten we Hans de Roo, van 1971 t/m 1986 de magistrale intendant van De Nederlandse Operastichting, eens uit de as oprakelen. Het was Hans de Roo die het fundament legde voor de huidige in de belangstelling staande operacultuur in ons land. Hij bracht niet alleen het grote repertoire, maar ook onbekend werk van Monteverdi en Janácek. Hij gaf opdrachten voor successen als Houdini en Aap verslaat de knekelgeest van Peter Schat, Satyricon van Bruno Maderna en Satyagraha van Philip Glass.
Waarbij hij de liefhebbers van het zgn. “ijzeren repertoire” niet minachtte, maar respecteerde.
De Roo werkte in een periode waarin de opera de Amsterdamse Stadsschouwburg moest delen met het toneel en het ballet. Tijdens zijn intendantschap werd Het Muziektheater gebouwd, maar De Roo zou er niet meer werken, in 1986 legde hij zijn functie neer.

Tot de onnozelen die menen dat de opera in Nederland pas echt begon in 1986 zouden wij willen zeggen: verdiep u eens in de historische (opera)feiten. Er is meer tussen hemel en aarde dan het Instituut voor Algemene Wereldkunde, gelegen aan de Amstel, u wil doen geloven.

