Tag: Recensie 2024

Guercoeur

Guercœur. Straatsburg.

Guercœur. Loy situeert de opera in een vrijwel kaal toneel met als enige rekwisieten houten stoelen waar de solisten en het koor soms op zitten; soms ook wandelen zij rond in een soort hypnose, belicht in blauwige tinten.

Il Trittico

Il Trittico

Il Trittico. Er wordt uitstekend gezongen. Het kleine neefje Gherardino (Dimitri Bos/Jeremy Blanvillain) zit op de grond ongestoord te gamen terwijl boven zijn hoofd de pleuris uitbreekt. Opvallend goed is wederom Sam Carl als Betto di Signa. Bekoorlijke zang en spel worden geschonken door het liefdespaar Rinuccio (Joshua Guerrero) en het verwende prinsesje Lauretta (Inna Demenkova). De appendix heeft nòg een prank.

Roberto Devereux

Roberto Devereux

Roberto Devereux. Elisabetta wordt in de DNO-productie gezongen door Barno Ismatullaeva’s, die haar rol met bewonderenswaardig zelfvertrouwen aanpakte: ze beweegt met gemak tussen registers, heeft een onberispelijke ademtechniek, een fraaie dictie en minzame, afgeronde hoge noten.

Die Jüdin von Toledo

Die Jüdin von Toledo. Dresden.

Die Jüdin von Toledo. Dirigent Jonathan Darlington gaf een secure, uiterst geïnspireerde en tegelijk lyrische interpretatie, het orkest van de Semper Oper bood onder zijn leiding een les in geprofileerd en overtuigend samenspel wat een prestatie is bij een wereldpremière. Last but not least: Robert Carsens intrigerende, sober en tegelijk meeslepende regie was theater van de hoogste orde zonder in clichés of goedkope effecten te vervallen.

Le Roi d'Ys

Le Roi d’Ys

Le Roi d’Ys. De solisten, het fraaie ca. 50 leden tellende, maar als 100 leden klinkende Hongaars Nationaal Koor en het puike Hongaars Nationaal Filharmonisch Orkest onder leiding van György Vashegyi trakteerden ons op 3 februari op een juweeltje: een weinig bekende, kleurrijk georkestreerde Frans-romantische opera die beslist de moeite waard is.

Lenneke Ruiten

Parelvissers in Berlijn

Parelvissers. Bizet werd geplaagd door een artistiek geweten, hij schaamde zich voor het charmante in zijn muziek in plaats van het grootse. Hij legde een tanende interesse voor het drama aan de dag.

5
Agrippina

Agrippina. Lachù, man !

Regisseur Kosky trakteerde ons op onbegrijpelijke dwaasheden die in de door DNO goedgekeurde pers en media wel van harte toegejuicht zullen worden. Het is een vrij vaak voorkomende afwijking bij boldoenerige regisseurs: barokopera’s die in het geheel niet komisch zijn, worden opgeleukt met handgrepen die zijn ontleend aan Het Theater van de Lach.