Der fliegende Holländer. Anker fest!

Der fliegende Holländer

Anker fest!

Bijgewoonde voorstelling: Hessisches Staatstheater, Wiesbaden, 5 februari 2025

Der fliegende Holländer. Romantische Oper (1843) in drie actes van Richard Wagner. Libretto van de componist, naar Heinrich Heines Aus den Memoiren des Herrn von Schnabelewopski. Eerste uitvoering in het Königlich Sächsisches Hoftheater, Dresden, op 2 januari 1843.
Regie: 1,5*
Zang: 3*
Dirigent en orkest: 5*
Het eeuwig bevaren der wereldzeeën met een spookachtige bemanning. Op zoek naar verlossing door de pure liefde van een dame. De kapitein van het spookschip, een landgenoot met vliegbrevet, mag na zeven jaar aan land en legt belangstelling aan de dag voor Senta, en de belangstelling is wederzijds. Maar er is een Dritte im Bunde, Erik, die ook een oogje op Senta heeft. Toch lijkt het erop dat Senta’s liefde de Holländer verlossing zal brengen. Maar dan begint Erik te stoken: “die Senta is niet te vertrouwen”. “Nu even geen gedoe aan mn kop”, denkt de Holländer, ‘”wegwezen hier”! Als hij de open zee op vaart, springt Senta van een klif, toentertijd een niet ongebruikelijk gebaar van pure liefde. Het schip van de Holländer zinkt weg in de golven en hij en Senta worden  voor altijd verenigd. Op de een of andere manier.

Muzikale leiding: Leo McFall; Regie: Martin Berger; Der Holländer: Tommi Hakala; Daland: Young Doo Park; Senta: Dorothea Herbert; Erik: Aaron Cawley; Mary: Ariana Lucas; Der Steuermann: Lukas Schmidt; Koren: Chor des Hessischen Staatstheaters Wiesbaden & Extrachor des Hessischen Staatstheaters Wiesbaden; Orkest: Hessisches Staatsorchester Wiesbaden; Extra’s: Statisterie des Hessischen Staatstheaters Wiesbaden

Der fliegende Holländer

Volbloed Wagnerianen tolereren minzaam Der fliegende Holländer, maar geven toch duidelijk de voorkeur aan de Ring en “de” Tristan. Eigenlijk is de Holländer een sympathiek stukje beginnerswerk, is de achterliggende gedachte. Want was De Grote Meester niet ooit zelf van mening dat zijn jeugdwerk onvolledig was? In de jaren 1850 had hij al aan de orkestratie zitten sleutelen, maar hij kwam uiteindelijk als vijftigjarige tot de conclusie dat de jonge Wagner juist had weggelaten wat essentieel was: de verlossing van de ongelukkige zeeman door de toewijding en trouw van Senta. Wagner bracht voor deze omissie een “met de kennis van nu”-excuus in stelling. Hij had nu net “Isoldes Verklärung” gecomponeerd, en in die gemoedtoestand achtte hij het nodig dat er nog wat aan de Holländer gedaan moest worden. Dus plakte hij er een nieuw Tristan-achtig einde aan en verordonneerde hij dat de opera alleen nog in de herziene vorm mocht worden uitgevoerd. En in de herziene vorm verzandt de nautische, stoere, spookachtige sfeer onder harpbegeleiding in een verzoenend, weeïg slot.

Ons kan het allemaal niet deren, want wij hebben het matrozenkoor “Steuermann, lass die Wacht”, een bewezen katalysator voor opknagende levenszin. Vooruit, nog een keer het thema, hieronder, een stukje verderop.

Wagners Holländer maakt gebruik van verschillende leidmotieven, een principe dat hij in zijn latere muziekdrama’s, zoals bekend, nog frequenter toepaste. De Holländer zelf, vertegenwoordigd door het opvallende hoorngeschal dat als eerste te horen is in de goddelijke ouverture, met zijn stormachtige strijkers. Een deel van de muziek van Senta’s ballade in de tweede akte, haar verhaal over de Holländer, het Senta-motief, er zijn meer elementen die terugkeren naarmate het verhaal zich ontvouwt. De ouverture zelf, in veel opzichten een samenvatting van de actie, is een indrukwekkend concertstuk. Fijne zangfragmenten in de opera zelf zijn het fameuze “Die Frist ist um” en natuurlijk ook “Mit Gewitter und Sturm aus fernem Meer”. De tweede akte begint met de spinnende vrouwen in Dalands huis, hun zangerige spinnenlied “Summ und Brumm” komt ook in de orkestpartituur terug. Daarna volgt de genoemde ontroerende ballade van Senta.


Achtergrond van een debacle

Nadat  in de jaren 1920 en 1930 in Duitsland de giftige zaden van het Regietheater waren geplant door driftgradigen als Bertolt Brecht, Erwin Piscator en hun volgelingenleger, waren het in de jaren 1970 artistieke dwaallichten als Patrice Chéreau en Peter Sellars die de opera radicaal en naar het zich laat aanzien blijvend verminkten.

Een ijkpunt voor de idioterie is het jaar 1976: Patrice Chéreau presenteerde de Rheintöchter als hoeren en Siegfried gebruikte een industriële stoomhamer om zijn zwaard te smeden. Sindsdien is het libretto niet meer leidend voor de betekenis van een opera, maar slechts een geringe aanleiding, in het gunstigste geval een blauwdruk, voor de postmoderne oprispingen van toneelmeesters met een diploma Avondschool. Incongruentie van tekst en dissociatie van context worden voor lief genomen en weggezet als quantité negligeable. Daar werd in 1976 nog nuchter op gereageerd, zie foto van de dame die in 1976 Patrice Chéreau’s “spraakmakende” Rheingold bezocht.


Hell is empty and all the devils are here

“Opera” heette voortaan “traditionele opera”.  De karbonkelige uitwas van het “confronterende, urgente en desoriënterende muziektheater” woekerde voort. Remember de zingende eieren in Die Zauberflöte? Het gezonde deel der operapopulatie concludeerde: “Hell is empty and all the devils are here”.

Bart Tromp zaliger  belichtte in 1991 in Maatstaf een ander aspect: “Vanzelfsprekend heeft al deze postmodernistische dikdoenerij – anders dan de postmodernen willen weten – wel degelijk strekking en betekenis. Aldus wordt de afkeer tot uiting gebracht van opera als een episodische kunst, die alleen tot leven komt door individuele zangers en musici. De kloof met een publiek dat daarvan weet en daarvan houdt, wordt mogelijk gemaakt door pseudogeleerde lariekoek, opgediend als esoterische wijsheid die slechts door zéér welbegrijpenden genoten kan worden. Opera moet van zichzelf gered worden.

En nu zitten we nog steeds met een fantasieloze, telkens opnieuw geïmiteerde, in wezen oerconservatieve verzameling basisregels, waaraan een “concept” dient te voldoen. De Gulden Regel is: de opera zal nooit in de tijd spelen waarin het werk oorspronkelijk werd geplaatst. Tosca zal niet van de Engelenburcht afspringen, maar schiet zich door het hoofd of duwt Scarpia van een keukentrapje. De spinsters in Der fliegende Holländer zijn nu bezoeksters van een fitnesscentrum, danseressen, visverkoopsters of werkneemsters van een autowasserette.

Der fliegende Holländer
Toen was gezond verstand nog heel gewoon

Waarmee wij maar weer eens willen zeggen: verwacht in dit tijdgewricht in principe geen nautische Holländer. Wij namen de proef op de som, deze keer in Wiesbaden bezochten wij Der fliegende Holländer.  Van de Holländer krijgen wij namelijk nooit genoeg. Het is onze -mogen wij dit zeggen?- favoriete Wagner-opera, vooral qua tijdsduur, en met het simpele, maar o zo verslavende en adrenaline-opwekkende reeds genoemde thema van “Steuermann, lass die Wacht”: e-d-c, e-d-c, in dat al even simpele maar briljante ritme waarin de laatste noot van de eerste maat met de eerste noot van de tweede maat verbonden wordt. Niet stuk te krijgen! Wij lusten er wel pap van. Eenvoud en nazingbaarheid (thuis!) zijn ook in de opera het kenmerk van het ware.

De Holländer heeft, zoals gezegd, een overzichtelijke tijdsspanne, zodat wij ook deze keer om 22:00h aan het bier met Bratwurst konden. Opvlammingen van genoeglijkheid, daar dient een mens dankbaar voor te zijn. Zeker als het zojuist muzikaal genotene, althans het orkestrale gedeelte,  uitstekend te pruimen is. Het begon allemaal tenenkrommend, niet alleen een pantomime-voorstelling tijdens de ouverture, maar ook nog daarvoor! Tenenkrommend clichématig geacteerd. HOUD. DAAR. EENS. MEE. OP. Toen we eindelijk aan Wagner toekwamen zagen we Dalands schip een balzaal. Wel uitgerust met een speelgoedschip, dus het libretto kwam niets te kort.

Het enige compliment dat wij voor de regie konden verzinnen was de beroemde feestscène; eindelijk iemand die begreep dat hier geen sprake is van leutig carnaval, maar van een angst-overschreeuwende poging tot onbekommerd plezier in het morbide gezelschap van de spookbemanning van Holländers schip. Wagner schrijft zelf in het libretto: “Die Haltung des holländischen Schiffes bietet einen unheimlichen Kontrast: eine unnatürliche Finsternis ist über dasselbe ausgebreitet; es herrscht Totenstille auf ihm.Unheimliches Kontrast dus, en in die richting werd door regisseur Berger weldegelijk gehint. Terug naar het begin: Regisseur Berger zag het zo: “Om de zeven jaar organiseert ondernemer Daland een piratenfeest. Deze keer geeft zijn dochter voor het eerst acte de présence, nadat haar moeder haar ooit op 14-jarige leeftijd ontvoerde. Terwijl de barbecue (!) wordt voorbereid, verschijnt Senta met Erik en begroet zij [sci. schaapachtig OK] haar vader. Het idee concept van het piratenfeest wordt oneindig voortgezet: koorleden dragen wel piratenpetten. Dat dan weer wel. Gedraai met flessen in plaats van spinnen am Spinnrade, waardoor de hierboven beschreven muziek van Wagner, die  duidelijk het spinnewiel laat horen, in zijn hemd wordt gezet. Ach, wie is nu helemaal Wagner!

Der fliegende Holländer
Wiesbaden 2025. Der fliegende Holländer. Dorothea Herbert und Aaron Cawley. Foto: Thomas Aurin.

De Holländer werd vertolkt door een met zijn ogen rollende en zijn tanden ontblotende Tommi Hakala. Hij heeft wel een fijne stem, maar met veel, soms te veel, body. De rol wordt vaak beschouwd als vocaal uitdagend, want nogal wat hoge noten, maar Hakala ging de uitdaging weliswaar niet opzienbarend maar toch met durf en gedoseerd succes aan. Dorothea Herbert gaf ons een ontluisterend beeld van Senta: ze heeft weliswaar prachtige en krachtige noten maar werd in Wiesbaden visueel gepresenteerd als een mollige Juffrouw Jannie die, uitgerust met jeans en een rampzalig kapsel, uiteindelijk een rok over haar hoofd trok. Compleet belachelijk en geen gezicht. De rol van Mary werd toevertrouwd aan de nogal lichte stem van Ariana Lucas, zij was de grotesk uitgedoste party manager. Aaron Cawley (grote stemproblemen en veel lelijke, geforceerde noten) als Erik probeerde zijn stem dik aan te zetten, hetgeen volledig mislukte; zijn intonatie zat er dermate consequent naast, dat hij waarschijnlijk in een andere toonsoort zong. Aan de andere kant: de fraai geïnterpreteerde Daland van Young Doo Park bekoorde ons zeer. Bij deze sonore Koreaanse bas spatte de intelligente spelvreugde eraf. Bravo. Lukas Schmidt had als tamelijk lyrische roerganger enige moeite om het hoofd boven water (no pun intended) te houden in de storm van geluiden en te midden van het krachtig zingende koor, dat wij maar liever niet langs de DNO-meetlat leggen.

De muziek leed nogal onder de overdaad aan, laten we zeggen “visuele prikkels”; het was één lange, slechts incidenteel te begrijpen overvloed aan videobeelden. Dirigent Leo McFall moet gedacht hebben dat hij met een fijn stuk filmmuziek de harten van de hardwerkende Mensen in het Land verwarmde. On a more positive note: dirigent en orkest waren an sich geweldig. McFall getuigde van een Wagner-doortrokken denkraam, dat tot uiting kwam in een meesterlijke dynamische variëteit. Wij moesten er even aan wennen, maar al gauw vielen de kwartjes. Ja! Zo! Kortom: genoten van het Hessisches Staatsorchester onder leiding van Leo McFall.

Wij realiseren ons dat wij konden terugkijken op een typische doorsnee-Holländer voor Mensen van Nu. Stemmen over het algemeen redelijk. nou ja, zo zo. Met flauwe en bizarre  rariteiten in de regie zoals die in dit omineuze tijdsgewricht vereist zijn.

Die Frist ist leider noch nicht um.

Der fliegende Holländer
Olivier Keegel
Have a comment to make? You can post it in the space below.  Facebook comments are NOT read by most of our reviewers.
5 2 votes
Article Rating
Olivier Keegel

Editor-in-Chief

Chief Editor. Does not need much more than Verdi, Bellini and Donizetti. Wishes to resuscitate Tito Schipa and Fritz Wunderlich. Certified unmasker of directors' humbug.

No Older Articles
No Newer Articles
Subscribe
Notify of
guest

3 Comments
Newest
Oldest Most Voted
Inline Feedbacks
View all comments
Willem
Willem
11 days ago

Altijd mooi om te lezen,
en Regie: 1,5*
Zang: 3*
Dirigent en orkest: 5*
Een duidelijke beoordeling. Leuk die nieuwe extra toevoeging.

Kersten van den Berg
Kersten van den Berg
5 days ago
Reply to  Willem

Leuk, zeg jij. Ik vind het een vondst!

Willem
Willem
5 days ago

Of, bijzonder, duidelijk, inzicht en zienswijze!