LOHENGRIN, romantische opera in drie bedrijven van Richard Wagner
“Ook het koor acteert er enorm op los, een eindeloos door elkaar gewandel, elkaar bezorgd, verbaasd aankijken, schouders vastpakken, ergens naar wijzen, naar elkaar knikken etc, etc het gaat maar door de hele eerste acte lang.”
Muzikale leiding Lorenzo Viotti
Regie Christof Loy
Co-regie Georg Zlabinger
Decor Philipp Fürhofer
Kostuums Barbara Drosihn
Licht Cor van den Brink
Video Ruth Stofer
Choreografie Klevis Elmazaj
Dramaturgie Niels Nuijten
Heinrich der Vogler Anthony Robin Schneider
Lohengrin Daniel Behle
Elsa von Brabant Malin Byström
Friedrich von Telramund Thomas Johannes Mayer
Ortrud Martina Serafin
Der Heerrufer des Königs Björn Bürger
Vier Brabantische Edle
Christiaan Peters, François Soons, Harry Teeuwen, Jeroen de Vaal
Vier Edelknaben
Taylor Burgess, Vida Matičič Malnaršič, Elsa Barthas, Yvonne Kok
Koor van De Nationale Opera
Instudering Edward Ananian-Cooper
Nederlands Philharmonisch Orkest
You can have any review automatically translated. Just click on the Translate button,
which you can find in the Google bar above this article.
Om contact te houden met de achterban noteerden wij steekwoordgewijze enkele opmerkingen van bezoeker Sebastiaan van Vucht.
“Lohengrin: prachtige tenor, nergens geknödel of falset, enorm dynamisch bereik.
Friedrich: oude rot in het vak zo te zien, beweegt zich heel makkelijk op het toneel, adekwaat.
Ortrud: geloofwaardig als kwade genius, stem misschien wat schel in de hoogte maar misschien ben ik te streng voor iemand die deze veeleisende rol aankan.
Heinrich: mooie zanger maar veel te weinig laagte voor deze rol.”
“Heerrufer: knap gedaan, moet in de eerste acte wat aankondigingen “blaffen”, maar blijkt later in het stuk ook lyrische kwaliteiten te hebben.
Viotti heeft een mooie, mischien wat bestudeerd mooie gestiek. Ik kan er weinig puls of tactus in ontdekken maar de musici blijkbaar wel want het ensemblespel was goed.
Totdat in een lastig stukje in de 2e acte het koor er vandoor ging, toen moest hij strak de maat gaan slaan, dat bleek hij ook te kunnen en de schade bleef beperkt.
In de 3e acte zet hij bij de gecompliceerde aanloop naar de opkomst van Heinrich het bühneorkest in de bak ! Gemak dient de mens zullen we maar zeggen.”
“De regie: Het thema was “gewoon doen”, of “normaliteit” zo je wilt. Alles was gewoon.”
“Het toneelbeeld was drie actes lang een fabriekshal, met een afscheiding van voortoneel dmv lange enorm grote half doorzichtige stroken plastic zoals je die bij distributiecentra en industriële gebouwen wel ziet. De kleding was confectie, jaren 30, 50, 60 ? Geen idee, maar heel gewoon was het zeker.
Elsa komt op met zonnebril, als de koning tot haar spreekt zet ze die af, dan weer op, dan gelukkig weer af voor “Einsam in trüben Tagen”. Omdat ze een gewoon meisje is dat het moeilijk heeft en wij dat als publiek wel moeten snappen, leunt ze tijdens die aria tegen de koning aan, even later loopt ze door naar de Heerrufer en zoekt ze bij hem fysieke steun. Ook het koor acteert er enorm op los, een eindeloos door elkaar gewandel, elkaar bezorgd, verbaasd aankijken, schouders vastpakken, ergens naar wijzen, naar elkaar knikken etc, etc het gaat maar door de hele eerste acte lang.” [Noot van de redactie: deze fraai geformuleerde observatie geldt voor vrijwel alle opera’s. “Koor, doe alsjeblieft zo onnatuurlijk mogelijk.”]
“De eerste acte eindigt met Friedrich en Ortrud op het voortoneel, keurig als vooraankondiging. Dan opent de 2e acte met hen beiden op dezelfde plek maar op een opklapbaar bed. Na “Erhebe dich..” blijft Friedrich nog wat achter, zijn lot beklagend. Al zingend klapt hij het bed op, en rijdt het (er zitten wieltjes onder) de coulissen in. Hoe gewoon wil je het hebben ?
Om met een positieve noot te eindigen: de zwaanoplossing met balletdansers was mooi, twee enorme vleugels.”
Sebastiaan van Vucht