DER BETTELSTUDENT IN BAD ISCHL
Operette van Carl Millöcker. Libretto van Camillo Walzel (onder pseudoniem „F. Zell“) en Richard Genée. Bijgewoonde voorstelling: 17 juli 2024. Kongress & TheaterHaus Bad Ischl.
Musikalische Leitung Marius Burkert Inszenierung Angela Schweiger Palmatica Gräfin Nowalska Miriam Portmann Laura, ihre Tochter Corina Koller Symon Rymanowicz Paul Schweinester Jan Janicki Christoph Gerhardus Bronislawa, Lauras Schwester Loes Cools Oberst Ollendorf, Gouverneur von Krakau Martin Achrainer Rittmeister von Henrici Markus Raab Enterich Walter Sachers Major Wangenheim Ivo Kovrigar Piffke Claudiu Sola Puffke & Bogumil, der Wirt Tim Winkelhöfer Richthofen Philip Paganini Leutnant Schweinitz Ana Maric
Muziek: 5*****
Regie: 4****
Sie können jede Rezension automatisch übersetzen lassen.
Klicken Sie einfach auf die Schaltfläche “Translate”, die Sie in der Google-Leiste über diesem Artikel finden.
Der Bettelstudent is hét meesterwerk van Carl Millöcker, en dan bedoelen wij ook werkelijk: “meesterwerk”. Deze operette is een van de absolute wereldsuccessen in de operettegeschiedenis. Midden jaren 70, toen operette nog niet wettelijk verboden was, verzorgde de Hoofdstad Operette (die later moest onderduiken) een briljante voorstelling met de prachttenor Jan Handerson (vader van Peter Bording), de hilarische Antoni Wink en de schoonheid Marga de Boer (Laura). De laatste trad in het huwelijk met een handelaar in tweedehands auto’s (kan ook autobanden zijn) en stierf te jong op 58-jarige leeftijd. Maar dit ter zijde.
1704 (niet 1989)
Het verhaal speelt in Krakau in 1704. Enkele Saksische officieren kondigen bij gevangenbewaarder Enterich aan dat de gouverneur van Krakau, kolonel Ollendorf, op bezoek komt. Ollendorf was op een bal met de Poolse gravin Nowalska en haar dochters Laura en Bronislawa, waar hij Laura seksueel intimideerde. Een kus op de schouder (kan Ali B. nog wat van leren) en dan doet Laura pats! Laura geeft hem een optater met haar waaier. Ollendorf zint op wraak in de hoop Laura alsnog binnen te hengelen. Hij eist dat Enterich een Poolse gevangene uitlevert. Gevangenbewaarder Enterich presenteert hem twee studenten van de universiteit van Krakau: Symon Rymanovicz moet zich voordoen als de rijke prins Wybicki om de trotse Laura te strikken. (Voor de jonge lezertjes: studenten hielden zich in die tijd vaak bezig met een studie.) Symons medegevangene Jan Janicki, in werkelijkheid de Poolse vrijheidsstrijder hertog Adam Kasimi, wordt aangesteld als secretaris van de nepprins Wybicki.
Ça passe pas comme une lettre à la poste
De drie aristocratische dames Gravin Nowalska, Laura en Bronislawa hebben het niet breed, en de fabelachtig rijke prins Wybicki wekt hun interesse. Laura vat vlam voor de prins en accepteert onmiddellijk zijn huwelijksaanzoek. Het zit Symon niet zo lekker: hij is namelijk echt verliefd geworden op Laura en wil haar opbiechten dat hij eigenlijk een arme student is. Hij schrijft een brief aan Laura en bezorgt deze bij gravin Nowalska, maar kolonel Ollendorf voorkomt dat de dames de brief voor de bruiloft te lezen krijgen.
Jan troost Symon in zijn liefdesverdriet en maakt hem enthousiast voor de Poolse zaak. Symon moet zich laten uitleveren als hertog Adam, zodat Jan de Poolse opstand tegen de Saksen tot een goed einde kan brengen. Zo gezegd zo gedaan en Symon presenteert zich als hertog Adam bij Ollendorf. Gravin Nowalska en Bronislawa behandelen Symon aanvankelijk als een stuk vuil, maar als Ollendorf aankondigt dat hij hertog Adam is, komt dat allemaal anders te liggen. Laura betuigt haar liefde voor Symon, wie hij ook is. Dan kondigt een daverende drone-aanval de succesvolle opstand van de Polen aan. Jan wordt onthaald als nationale held en Symon en Laura kunnen zich eindelijk vleselijk bekennen. De Saksen kunnen het verder wel schudden.
Carl Millöcker viel met zijn neus in de boter toen zijn tijdgenoot Johan Strauss II zich te goed achtte om de muziek voor Der Bettelstudent te componeren. Millöckers operette beleefde haar wereldpremière op 6 december 1882 en was meteen een succes. De kloof tussen klassieke muziek en amusementsmuziek, tussen Brahms en Wagner enerzijds en Johann Strauss en Millöcker anderzijds, was natuurlijk al ontstaan en werd groter en welhaast onoverbrugbaar. Der Bettelstudent is niet alleen zeer vermakelijk maar bevat keigoeie muziek: niet alleen pakkend, zoals de oorwurm “Ach ich hab’ sie ja nur auf die Schulter geküßt, maar soms ook van een niveau dat de operette lijkt te overstijgen en dat Mozartiaanse associaties het denkraam laat aromatiseren. De muziek is ijzersterk van compositie en bruist van de verrukkelijke ideeën die feilloos elke sfeer weten te te treffen. De gevarieerde, gelaagde en prachtige melodieën zijn werkelijk verbluffend. Naast de aria’s ( “Ach ich hab sie ja nur auf die Schulter geküsst”, “Ich knüpfte manche zarte Bande” [luisteren! Fritz Wunderlich!] en “Ich hab kein Geld, bin vogelfrei”) zijn de duetten en vooral de terzetten wonderschoon. Voeg daar de korenpracht bij, en je hebt een meesterwerk dat wij later graag nog eens in musicologische zin nader willen bestuderen. Wij zeggen u: Der Bettelstudent wordt ondergewaardeerd. Wellicht is ons grote enthousiasme verklaarbaar uit onze moeilijke jeugd: wij werkten reeds op zesjarige leeftijd in de Limburgse mijnen, en op 30-jarige leeftijd nog twee jaar in Heerlen. Niet te zeggen welke van de twee periodes rampzaliger was, maar ongeschonden komt niemand er vandaan. Hoe dan ook, onze hartenkreet is al heel lang ‘Naar vriendschap met Der Bettelstudent zulk een mateloos verlangen’ ! Der Bettelstudent was wel een beetje een eendagsvlieg, want van Millöcker hebben we nadien niet veel behartenswaardigs meer vernomen. Híj schreef nog zo’n 15 operettes, waarvan Gasparone de bekendste is. Gezegend zijn zij voor wie Gräfin Dubarry ook geen onbekende is.
Das immer Geplapperische zieht uns hinan !
In het uitermate plezierige en beschaafde Bad Ischl was Der Bettelstudent helaas ten prooi gevallen aan een milde vorm van woke, althans gekunsteld modernisme. Et tu, Brute! Als in de eerste zin van een toelichting de woorden “gaat over” voorkomen, dan is het meestal mis. Want zowel opera’s als operettes gaan gewoon over hetgeen waar ze over gaan. Huivert u even mee? (In vertaling): “Der Bettelstudent gaat over (!) jonge mensen die hun jeugdige roekeloosheid, passie en humor gebruiken om te vechten tegen elke vorm van gevangenschap en paternalisme, of dat nu van politieke of sociale aard is. [Die zin komt rechtstreeks uit Amsterdam.] Symon, de hoofdpersoon, de bedelstudent, is een vrije geest, een underdog die heel wat opschudding veroorzaakt in de “hogere” kringen, vandaag de dag zouden we zeggen het establishment, en zelf ook in een wervelwind terechtkomt.“
“Strakke boog”
Op de openbare klapsigaar “Eine raue, wilde und bunte Barockwelt mit emanzipatorischem Charakter und gespanntem Bogen zur heutigen Zeit“ [“Een ruige, wilde en kleurrijke barokke wereld met een emancipatoir karakter en een strakke boog naar het heden.”] gaan wij maar niet in. Wij zijn hier in het verre Oostenrijk natuurlijk primair om u, lezer, van dienst te zijn, maar wij laten ons door deze zur heutigen Zeit-boldoenerij geen aandrang in de schedel bezorgen. Graag zouden wij tussen het zware werk dat wij in het kader van Opera Gazet verrichten, ook zo eens af en toe “een strakke boog” spannen naar een deugdelijke Wiener Schnitzel en een “mooie” fles Spätburgunder Eussenheim 2021. Wij noemen de niet al te zeer storende regie-aberratie daarom slechts kort. De regisseuse maakt van Der Bettelstudent een raamvertelling, vanuit het Poolse politiek ongenoegen in 1989 en de subsequente val van De Muur. Deze ingreep deed geforceerd en anti-operettisch aan en voegde in het geheel niets toe. Gelukkig is het Fremdkörper van deze dwaze en ongewenste ingreep van geringe omvang; het is weliswaar een kat in een vreemd pakhuis, maar met de geringe omvang van een kitten.
Schwamm d’rüber!
Operette in Bad Ischl is sowieso een genoeglijke aangelegenheid. Allereerst is er het voorname Festspielhaus, menige voorstelling is op een doordeweekse middag (lieden van eenvoudige komaf moeten werken voor de kost, niet zelden in een smederij of touwslagerij) en het publiek is overwegend gekleed in Dirndl en Lederhose.
Het spektakel op het toneel was adembenemend: wat een vaart zat er in deze voorstelling, wat een variëteit, wat een stemmen, wat een professionalisme! Primus inter pares was voor ons Paul Schweinester als Symon. Zang, acteren, alles van de bovenste plank. Dirigent Marius Burkert pakte met zijn Franz Lehár-Orchester de zaal tijdens de heerlijke ouverture meteen bij de kladden. Solisten, koor en ballet volgden. Naast Schweinester in de titelrol was ook zijn strijdmakker Christoph Gerardus uit het juiste operettehout gesneden, als zijn trouwe strijdmakker Jan. Martin Achrainer als de Saksische kolonel Ollendorf werd onzes inziens wat te sympathiek (door de regie) neergezet: Ollendorf heeft naast een komisch toch ook een tamelijk kwaadaardige kant. Corinna Koller als Laura is in Der Bettelstudent, ter compensatie van de rest, een kwetsbaar personage, edel van karakter. Dat is in deze voorstelling ook verkeerd begrepen: Laura doet gewoon mee aan alle hilariteiten en potsenmakerij. Met Corinna Koller, een prachtstem overigens, met o.m. Wogglinde op haar repertoire, is de Laura dan ook verkeerd gecast. Wat wij hier nodig hebben is een lichte sopraan, en Koller is beslist geen lichte sopraan. De soubrette Loes Cools, als Bronislawa, was daarentegen wél geheel op haar plaats. Het operetteplezier en de operette-professionaliteit spatten ervan af.
Het bovenstaande is maar detailkritiek, want met de geweldige uitvoering van dit absolute wereldsucces in de operettegeschiedenis bevestigt het Lehár Festival wederom zijn voortreffelijke reputatie.
NASCHRIFT: Tijdens de voorstelling kregen wij een lichte bijna-doodervaring. Bijna in trance genietend van de Bettelstudent-prachtmuziek werden wij wreed wakker geschud. WAT HOOR IK NU? Middelmatige muziek! (Tijdens een solo-scène van Palmatica.) Dit is geen Bettelstudent, gromde het in mij. Ik stelde mij toch maar bescheiden op: u moet weten, mijn denkraam is tochtig geworden en veel weten is eruit gewaaid, dus ’tsalwelanmijlegge. De kwestie liet mij niet los en ik benaderde de regisseuse. En ja hoor, “Beste Olivier Keegel, De aria komt niet uit Der Bettelstudent, maar uit een andere Millöcker-operette, namelijk de aria van Zenobia uit Gasparone! We wilden een speciaal moment creëren voor Miriam Portmann als de grote diva van vroeger in Bad Ischl. Als regisseur wilde ik ook het karakter van Palmatica een scherper profiel geven. Zo is het allemaal tot stand gekomen. Met vriendelijke groeten, Angela Schweiger.”
Je bent me er twee (gejat van Herman Finkers). Weer een hilarisch verhaal en een duidelijke recensie. Ik heb twee keer Vaandrig von Richthofen gespeeld en dat vond ik enig. Wij zijn benieuwd en verheugen ons nu des te meer op de voorstelling in augustus.
NASCHRIFT: Tijdens de voorstelling kregen wij een lichte bijna-doodervaring. Bijna in trance genietend van de Bettelstudent-prachtmuziek werden wij wreed wakker geschud. WAT HOOR IK NU? Middelmatige muziek! (Tijdens een solo-scène van Palmatica.) Dit is geen Bettelstudent, gromde het in mij. Ik stelde mij toch maar bescheiden op: u moet weten, mijn denkraam is tochtig geworden en veel weten is eruit gewaaid, dus ’tsalwelanmijlegge. De kwestie liet mij niet los en ik benaderde de regisseuse. En ja hoor, “Beste Olivier Keegel, De aria komt niet uit Der Bettelstudent, maar uit een andere Millöcker-operette, namelijk de aria van Zenobia uit Gasparone! We wilden… Read more »
Dat is een bekend verschijnsel. Ook bij amateurs werd (wordt) er soms gebruik gemaakt van ingelaste stukken uit andere werken, meestal van de zelfde componist. Ik zag laatst een ‘Victoria und ihr Husar’ en hoorde 2 stukken uit ‘Die Blume von Hawaiï’. Mijn metgezel viel dat niet op. Regisseur Barry Kosky laste ook nummers in uit Die Blume en Victoria in ‘Ball in Savoy’ destijds in Berlijn. Trouwens De Hoofdstad Operette deed dat ook vaak om solisten die anders niet aan bod kwamen, toch in te kunnen zetten. Het omgekeerde gebeurt ook, dan staat er achter in het Klavieruittreksel een… Read more »
Tuurlijk. De “Einlage” is heel gebruikelijk in de operette, maar ik vind dat het publiek op de hoogte gesteld moet worden, in het programma. Trouwens, ik had het in dit geval ook niet gemerkt als de muziek van deze Einlage niet van zo’n duidelijk lagere kwaliteit was geweest.