Peter Grimes bij DNO. Bravissimo!

PETER GRIMES

Peter Grimes, DNO première 6 oktober

Muziek: Benjamin Britten; Libretto:  Montagu Slater, naar George Crabbe; Muzikale leiding:  Lorenzo Viotti; Regie:  Barbora Horáková; Peter Grimes  Issachah Savage, John Findon*; Ellen Orford  Johanni van Oostrum; Captain Balstrode  Leigh Melrose; Auntie  Helena Rasker;  Niece 1  Thembinkosi Slungile Magagula; Niece 2  Sophia Hunt; Bob Boles  Lucas van Lierop; Swallow  James Platt; Mrs. Sedley  Claire Barnett-Jones; Rev. Horace Adams  Marcel Reijans; Ned Keene  Will Liverman; Hobson  Sam Carl; A Fisherman  Sander Heutinck; A Fisherwoman  Ruth Willemse; A Lawyer  Jeroen de Vaal; Soprano  Sara Pegoraro; Burgesses Peter Arink, Hans Pieter Herman, Dimo Georgiev, Christiaan Peters, François Soons, Harry Teeuwen; Dr. Crabbe  Cato Fordham

* Op zondag 6 oktober zal de rol van Peter Grimes worden vertolkt door John Findon
Muziek: 5*****
Regie: 5*****

Outcast

Hoe is het om de outcast te zijn? Degene te zijn die door zijn eigenaardigheden, zijn sociale onhandigheid, opvallendheid of onaangepastheid het nadeel van de twijfel krijgt, en belaagd, uitgelachen en beschuldigd wordt? En hoe is het om een lid van de meute te zijn? Iemand, die het eigen denken, de verantwoordelijkheid en de moed om af te wijken opgeofferd heeft aan het groepsgevoel, dat het knagende geweten sust door gezamenlijk een externe schuldige aan te wijzen en op de hooivork te rijgen? De outcast kan een persoon zijn, een groep, een volk, een politicus, het eenzame kind in de klas of in het gezin. In deze opera is het de onbehouwen visser Peter Grimes.

De groep is de gemeenschap van een havenstadje in Suffolk. Een gemeenschap die braaf naar de kerk gaat en benadrukt te weten hoe men zich behoort te gedragen (“We keep our hands to ourselves!”). Deze gemeenschap wordt in het gareel gehouden door de gematigde Rooms-Katholieke priester Adams, maar tot een waarachtig autodafe  aangevuurd door Methodist  en godsdienstgekkie Boles, samen met de aan slaapmiddelen verslaafde, sensatiegeile weduwe Mrs. Sedly. Terwijl de rechtbank Grimes heeft vrijgesproken trekt de groep de toga van de rechter en het uniform van de smeris aan: de verdachte outcast wordt de dood ingedreven. Daarom konden zij evengoed uitroepen “We don’t keep our hands to ourselves!”

Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.

Peter Grimes

De visser Peter Grimes wordt verhoord over de omstandigheden rond de dood van zijn leerjongen. De aanklager concludeert dat de doodsoorzaak een ongeluk was, maar het volk vindt dat Grimes schuldig is. De aanklager raadt Grimes af om nog met leerling-vissers in zee te gaan, tot ongenoegen van Grimes. Ellen, de schooljuf met wie Grimes wil trouwen zodra hij zijn naam gezuiverd heeft, probeert hem te troosten.

Een paar dagen later is het een bedrijvigheid in de haven. Het volk zingt over het leven met de zee en de seizoenen. Grimes roept om hulp bij het aan wal trekken van zijn boot. Hij wordt genegeerd. Uiteindelijk schieten voormalig schipper Balstrode en apotheker Keene te hulp. Keene vertelt Grimes dat hij in het armenhuis een nieuwe leerling voor hem geronseld heeft. Niemand is bereid de jongen te gaan halen totdat Ellen aanbiedt te gaan en zich over het kind te ontfermen. Zij spreekt de woorden: ”Wie zonder zonden is, werpe de eerste steen.” Een storm steekt op. De meeste mensen zoeken beschutting in pub “The Boar”, waar Auntie de bazin is. Grimes en Balstrode blijven buiten. Grimes vertelt hem over zijn streven zijn reputatie in ere te herstellen en dan Ellen trouwen. Hij wil gerespecteerd worden en geen huwelijk uit medelijden. Hij mijmert: “What harbour shelters peace?” De storm zwelt aan en springtij is in aantocht. Grimes en Balstrode gaan ook de pub binnen, waar een soort orgie van dronkenschap en schunnigheid heerst. De binnenkomst van de licht ontvlambare Grimes doet de gelederen sluiten. De situatie driegt uit de hand te lopen. Keene leidt de aandacht af door een rondje en het inzetten van een lied. Ellen arriveert met John, de nieuwe vissers-leerling. Beide zijn doorweekt. Grimes gunt de jongen geen tijd om droog en warm te worden, hij neemt hem mee door de storm, naar zijn hut.

Peter Grimes.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.

Monoloog van angst en verwarring

Op een zondagmorgen, wanneer bijna iedereen in de kerk zit, probeert Ellen met John te praten. De jongen zwijgt echter als het graf. Ellen ontdekt tot haar afschuw een blauwe plek in zijn nek. Wanneer zij Grimes hiermee confronteert zegt hij dat het een ongelukje was. In drift ontstoken verkoopt hij Ellen een klap en sleept de jongen mee. Het incident is niet onopgemerkt gebleven; en masse trekt men richting de hut van Grimes om onderzoek te doen. Ellen, Auntie en diens twee nichten blijven achter en bezingen hun wanhoop over het mannenvolk van het stadje.

In de vissershut maant Grimes de jongen John snel zijn visserskleding aan te trekken, daar hij een grote school haring heeft gespot. Met een glorieuze vangst hoopt hij zijn reputatie te herstellen en dan Ellen te huwen. Hij verzinkt in herinneringen over de dood van zijn vorige leerling, die tijdens de vaart omkwam door dorst. Hij schrikt op wanneer hij de wraaklustige menigte hoort naderen. Hij denkt dat John tegen Ellen kwaadgesproken heeft over hem en ontsteekt in woede. Hij drijft de jongen haastig de rots af richting de boot, waarschuwt hem voorzichtig af te dalen, maar de jongen glijdt uit en valt zijn dood tegemoet. De woedende menigte arriveert en vindt een verlaten hut. Er zijn geen sporen van een misdrijf, teleurgesteld druipen zij af.

Er is een dansfuif. Mrs Sedly bazuint rond dat Peter Grimes een moordenaar is. Ellen en Balstrode delen hun zorgen over Grimes met elkaar. De trui, die Ellen voor John gebreid heeft is aangespoeld en door Balstrode gevonden. Sedly vangt dit op en vuurt de mensen aan Grimes te pakken te nemen; “Him who despises us we’ll destroy!” Grimes verschijnt. Op de achtergrond de kreten van de bloeddorstige menigte en de trieste klank van een scheepshoorn. De dood van zijn nieuwe leerling heeft Grimes de das omgedaan. Zijn monoloog zindert van angst en verwarring. Balstrode raadt hem aan om uit te varen, zijn schip tot zinken te brengen en het zeemansgraf te kiezen. Zwijgend gaat hij heen. De volgende morgen gaan er geruchten van een zinkende boot die gespot is. Men doet of er niets gebeurd is.

Peter Grimes.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.
Peter Grimes.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.

Meesterwerk

Britten, Slater (en Pears) hebben met Peter Grimes een meesterwerk geschapen. Alle facetten die een opera aangrijpend maken, zitten in muziek en libretto verwerkt. Het dramatische werk is bovendien dooraderd van schitterend ritmisch spraakidioom, hetgeen de zanger/acteur helpt één te zijn met de rol. Er zijn kenmerkende harmonische schakeringen, zoals het nadrukkelijke gebruik van de leidtoon, die smachten om verlossing of juist het schurende onvermogen uitdrukken om verlossing te vinden. Er zijn arpeggi van opeengestapelde grote tertsen, als het rollen van de golven: de aard van de zee is bij mooi weer één en al schittering aan de oppervlakte, wiegend, broedend, onheilspellend en onvoorspelbaar in de diepte, met bloedstollende, woedende uitbarstingen als hoogtepunten van de cyclus. Zie de samenleving, zie de eenling, ecce homo. Uit de toverdoos van de componist wordt gul uitgedeeld. Zijn instrumentatie is zo goed en sensitief dat hij ieder instrument een tailormade rol aanmeet. Het koor en het koper spelen een hoofdrol. Oneindige tederheid, wroeging, spot, lelijkheid, schijnheiligheid: het drama van de condition humaine krijgt een stem. We willen nog even de aandacht vestigen op de prachtige “Sea Interludes”, die ook dikwijls apart worden uitgevoerd.

Peter Grimes.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.

Mazzel met regie

We hebben geluk met de regie: Barbora Horáková heeft het libretto eer aangedaan. Je hoeft het werk niet te actualiseren om actueel te zijn. Zij slaagt erin de implicatie van een volksgericht en de onafwendbare ondergang van de eenling invoelbaar en herkenbaar te maken. De eenling, een persoon met onbehouwen en bipolaire trekken, wordt veroordeeld op basis van zijn karakter, in plaats van feiten. Jammer dat de rollen van de nichten van cafébazin Auntie zodanig oversekst zijn, met satijnen jurkjes en lichtroze tutu’s en expliciete seks, dat het aspect “verleiding” geheel verloren gaat. Na de seks loopt nicht 1 langs een emmer, grijpt daar een dweil uit en sopt er geroutineerd onder het satijnen jurkje haar flamoes mee, en dat bezorgde ons dan weer een lachkick. Eind goed al goed wanneer de nichtjes zich tenslotte in heel gewone kleding bij Ellen en Auntie voegen voor een hartverscheurend mooi kwartet. Mens te zijn, een oprecht streven.

Peter Grimes.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.

Voelbare beschonkenheid

Decor en kostuums getuigen van knap werk. Er is een eenheid van kleur en sfeer. De zware, stalen elementen van haven en dok zijn sober. Kleuren van de zee, groen en blauw zijn ook aanwezig in de kleding van het volk, met een paar menselijke accenten, zoals de gele zuidwesters en de rode schipperstrui. Massale bijeenkomsten bij de haven worden afgewisseld met scènes waar één of twee eilandjes van actie in het licht gezet worden. Een draaiend platform met piano en dronkaards maakt de staat van beschonkenheid voelbaar.

Ook het licht was prima verzorgd. Zonder donker geen licht en vice versa: verlichte eilandjes of kastjes in de donkere ruimte geven een prachtig chiaroscuro, zoals een verlicht museumkastje of het aquariumhuis van Artis. Ook de rijdende plateaus met het orkestje en met de slempers en hoerenlopers zijn blikvangers in de donkere ruimte. De scene van Ellen en John met op de achtergrond de gemeente tijdens de kerkdienst, die in blauwachtige lichtstrepen door de spleten heen te zien is. Het koude licht van het grote TL-verlichte kruis. In het donker.

Verschillende soorten van projectie toonden ons bewegende beelden op de achterwand van het toneel, op een doorzichtig doek dat voor het toneel hangt, terwijl daar achter een scene speelt, waardoor er gelaagdheid ontstaat. Projectie van de zee, van verdrinking, wanhoop, van het vergaan van een lichaam, van verdronken kinderen in hangende bootjes. Dit alles geeft de indruk van helemaal omgeven te zijn door de zee en wat de zee genomen heeft. Heel indrukwekkend.

Peter Grimes.
Peter Grimes. DNO. 2024. Foto: Monika Rittershaus.

Bipolair getormenteerd

John Findon is de jonge tenor die de zieke Issachah Savage verving in de titelrol. Findon stapte last minute in de rol, die hem als een handschoen past. Een zeldzaam type tenor, die zich tot in het pianissimo manifesteert in een diepe baritonale schatkelder. Uit de donkere diepte springen verlichte kleuraccenten op: een Caravaggiaans chiaroscuro! Een goede acteur is hij ook. Zijn bipolair getormenteerde Grimes, afwisselend driftig en onbeheerst (waarna hij zichzelf voor de kop slaat), dan weer manisch gedreven of dromerig, is volkomen geloofwaardig. Ook het bipolaire karakter van Grimes zouden wij een vorm van chiaroscuro kunnen noemen. Johanni van Oostrum vertolkt een Ellen Orford van pure liefde. Haar scene over het borduren is hartverscheurend mooi van klank, intentie en eenvoud. Een andere favoriet was voor ons Leigh Melrose in de rol van Captain Balstrode. Een stem van formaat en een zeer goed uitgewerkte rol. Apotheker Ned Keene (Will Liverman) viel op door zijn stem van grote allure. Lucas van Lierop vertolkt een perfecte godsdienstfanaticus Bob Boles. Zij acteren en zingen zijn dynamisch en direct.

Wij noemen nog de andere zangers, allen vocaal en acterend goed uitgerust: een uitstekende Sam Carl als Hobson, Helena Rasker een vocaal heel mooie Auntie, Swallow (James Platt) en Mrs. Sedley (Claire Barnett-Jones), Rev. Horace Adams (Marcel Reijans), Niece 1  (Thembinkosi Slungile Magagula) en Niece 2  Sophia Hunt,  waarbij we willen vermelden blij verrast te zijn door de vocale bijdrage van de nichten in het vrouwenkwartet. Het Koor van DNO vervulde weer eens een glansrol. De expressie, zuiverheid en klankrijkdom joegen ons letterlijk de rillingen over het lijf. Het Nederlands Philharmonisch Orkest speelde sensationeel prachtig. Onder leiding van de temperamentvolle Lorenzo Viotti liet het ons alle hoeken van de zaal zien!

Tenslotte een laatste vermelding. Er was nog iemand aanwezig. Een heel belangrijk persoon. Iemand die niets zei. Ook een outcast. Een jongen uit het armenhuis. Gepest door leeftijdgenoten, geminacht door ‘nette mensen’ en als gijzelaar overgeleverd aan de grillen van een manische man. Alleen Ellen ziet hem staan. Het is Boy, onvrijwillig visser in de leer, vertolkt door Bruno Ansenk Lo. Je hebt ons aan het huilen gemaakt. Waarvoor dank.

Esther Chayes

4.8 5 stemmen
Artikel waardering
Esther Chayes

Reviewer

Esther Chayes received her soloist diploma at the Utrecht Conservatory. Specialization in the opera profession followed in New York, Milan and Turin. She sang with the choir of the Teatro Regio Torino and made her debut in the leading role in La Molinara by Paisiello. After performing several smaller to medium roles, Chayes turned to teaching.

No Older Articles
No Newer Articles
Abonneer
Laat het weten als er
guest

0 Reacties
Nieuwste
Oudste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties