You can have any review automatically translated. Click the Google Translate button (“Vertalen”), which can be found at the top right of the page. In the Contact Page, the button is in the right column. Select your language at the upper left.
Don Giovanni (KV 527), opera van Wolfgang Amadeus Mozart in twee bedrijven op een libretto van Lorenzo da Ponte. De opera is in 1787 voor het eerst opgevoerd in Praag. Bijgewoonde semiscenische voorstelling: 15 oktober, Koninklijk Concertgebouw, Amsterdam.
Cappella Amsterdam
Muziek:
Regie:
Patat mét, en erger
Hoewel het gerecht patates frites al zo’n 150 jaar in Nederland geconsumeerd wordt, begint de popularisering naar ons idee ergens in de late jaren vijftig. Bij legendarische frietbakkers zoals automatiek “Pico” in de Amsterdamse Regulierssteeg, de frietkraam op de Westermarkt (“Ome Theo”) en de automatiek in de Leidsestraat kocht men “een zakje frites” voor een kwartje (de zaak in de Leidsestraat trakteerde zijn fritesgasten op een gratis bitterbal, een feest!). In de jaren zestig werd “patat”, zoals de dekselse snack toen al heette, niet meer geconsumeerd, maar gevreten. Er slopen kwaadaardige aberraties in het consumptiepatroon, die een aanvang namen met de zogeheten “patat mét”, een verwerpelijke toevoeging van mayonaise aan de goudgele aardappelrakkers. In Frankrijk gruwde men (ook) van deze Hollandse barbaarse culinaire gewoonte, hoewel de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat de Fransen zich in onze dagen ook van mayonaise bedienen. Dat is de schuld van de EU, aangezien “Brussel” het met mayonaise verontreinigen van met vrolijkheid en optimisme gefrituurde aardappelreepjes verplicht heeft gesteld.

Vanaf het kabinet Den Uyl (1973 – 1977) ging het met de patates frites in hoog tempo bergafwaarts: uitwassen als “patat speciaal”, “patat joppi (?)” en “patat oorlog” werden publiekelijk verorberd door opgeschoten jongelui met scooters en korte broeken. Een dieptepunt werd bereikt met de uitvinding van de “patat kapsalon”: friet (zoals het woord nu wordt gespeld) bedekt met shoarma, afgetopt met gegrilde kaas en bovenop excuussalade, en veel knoflooksaus en sambal. Een Rotterdamse uitvinding.
De hardwerkende mensen in het land, gesteld op hun wekelijkse zakje goudgele frites met een snufje zout, hadden het nakijken.
De parallel met de ontwikkelingen op het gebied van operaregie is verbluffend. Geen twijfel mogelijk, wij leven momenteel in het tijdperk van het “patatje bieto met extra konwitschnysaus”: een extreme variant van het patatje kapsalon met vergelijkbare rampzalige digestieve gevolgen.
Ontsnappingsroute
Maar er is een way out: de concertante of semiscenische opera-uitvoering. Welk een intens genoegen, wat een geprivilegieerde luxe! Muziek, zang, zonder hupsafladder!
Wij bezochten een uitvoering van Don Giovanni in het Koninklijk Concertgebouw. En wij kunnen u meteen wel verklappen: het was een sublieme uitvoering, met het Orkest van de Achttiende Eeuw, de onvolprezen Cappella Amsterdam, dat onlangs genomineerd werd voor de Edison Klassiek Publieksprijs 2019. De jonge cast, koor en orkest stonden onder leiding van kwaliteitsreservoir Kenneth Montgomery.

Wij zeggen u: dit is opera genieten in optima forma. Regisseur Jeroen Lopes Cardozo toonde ons een pure Mozart (eat your heart out, Claus Guth) met middelen die even eenvoudig als doeltreffend zijn. Zijn regie was respectvol, intelligent en speels, en in geen enkel opzicht overdone. De manier waarop Don Giovanni in Cardozo’s regie aan zijn einde komt, was een staaltje van hoogwaardige artistieke inventiviteit. Lopes Cardozo is duidelijk een regisseur die Mozart boven zijn ego stelt. Bravo.
De uitstekend zingende André Morsch was een prima Don Giovanni die zich niet aan overacting bezondigde. Donna Elvira werd vertolkt door de buitengewoon fraaie sopraan Paula Murrihy. In het programmaboekje wordt Donna Elvira als mezzo opgevoerd, maar volgens ons is het meer een spinto-rol; haar “Ah, fuggi il traditor” had onzes inziens wat dramatischer aangezet mogen worden. Sopraan Katharine Dain bracht een mooie kordate Donna Anna op het krap bemeten podium. Hoewel zij bij “Batti, batti, o bel Masetto” even uit de bocht vloog, genoten wij ook van de parelende soubrette Rosanne van Sandwijk: “Klokjes!”, zou Couperus zeggen.

The Thomas Cooley Case
Ook Henk Neven verdient een eervolle vermelding: hij vertolkte een superieure Leporello, zowel stimmlich als qua (natuurlijk) acteren: nu eens niet een theater-van-de-lach karikatuur, maar een Leporello van vlees en bloed. Ongelofelijk goed gedaan.
En dan “het geval Thomas Cooley”, de Don Ottavio. Wat moeten wij ervan zeggen? De man zong zijn twee aria’s zo onmenselijk fraai – zijn “Dalla sua pace” was een diamant – dat wij even niet meer wisten hoe wij het hadden. Het laatste wat wij nastreven is gedonder met de Fritz Wunderlich-politie, maar onze gedachten dwaalden even af naar de beste Mozart-tenor ooit. Cooley’s expressiviteit, virtuositeit en expressiviteit zijn van buitenaards niveau. Een adembenemend hoogtepunt.

Het Orkest van de 18de Eeuw pakte het publiek met een opmerkelijke ouverture meteen bij de kladden: door onverwachte rusten (pauzes) werd de dialoog reeds op gang gebracht. Het orkest speelde onder leiding van Kenneth Montgomery zoals verwacht: zeer goed, in dit geval superieur Mozartiaans.
De kostuums ervoeren wij als een un petit bémol : wij begrepen de enigszins geforceerde, hybride uitdossingen niet goed. Wij vreesden een symbolische kleurstelling (goed en kwaad etc., ieder z’n eigen kleurtje), of was hier een poging gedaan om een klassieke, historische kostumering van een vleugje vermeende fantasie te voorzien, een enigszins bizar schild tegen het immer dreigende vonnis “oubollig!”, voltrokken door Mensen van Nu ? Donna Anna en Donna Elvira waren behangen met bol.com druiprekken die het vermoeden deden rijzen dat zij hun amoureuze besognes met een duizenddingendoekje zouden beslechten. De in een patserkostuum gestoken Don Ottavio leek uit The Godfather weggelopen, de in het wit gestoken Zerlina kon zo door naar de waanzinscène uit Lucia di Lammermoor en Masetto droeg een Canio-outfit.
Ach, een kniesoor…. Wij beleefden een uiterst genoeglijke en hoogkwalitatieve Don Giovanni, zonder auto’s op het toneel, zonder zonnebrillen of bushokjes. Wij vierden een Mozart-feest en om dit feest in vreugde af te ronden trakteerden wij ons na afloop op een zakje frites. Zónder.
Olivier Keegel
(gepubliceerd 16 oktober 2019)
Epiloog
Wij hadden 6 sterren in gedachten; verdisconteren wij de minieme puntjes van kritiek, dan komen wij op twee keer 5 sterren uit.

Urkomisch, aber Expertenmeinung. Bravo!
Wat een geluk voor de uitvoerenden dat deze productie niet bij de Nationale Opera was. Want in dat geval had men twee sterren gekregen voor de regie en de uitvoering. Welwillendheid kan selectief worden toegepast, zo lijkt het motto in de Keegelgazet. Zie ook de karikatuur van een bespreking over de recente Cosí fan tutte op deze site. Blijkbaar waren de oren van de publicist toch wat verstopt van opwinding door de uiterst minimalistische regie en het ontbreken van rolstoelen of televisieschermen. De uitvoering was zeker de moeite waard in deze goede productie, maar twee maal vijf sterren is echt… Lees verder »
https://www.nrc.nl/nieuws/2019/10/17/don-giovanni-mist-zijn-hypomane-energie-a3977099
“de karikatuur van een bespreking over de recente Cosí fan tutte” – een enigszins onmachtig, slapjes afgevuurde losse flodder, van iemand die nu eenmaal niet over een gouden pen beschikt. De recensie van Così werd door menigeen, ook door mij, als sprankelend en oergeestig ervaren. U zou eens moeten (proberen) uit te leggen wat het karikaturale van deze briljante recensie is. Of geniet u liever van uw pruimtabak en mompelt u bij elke spoog “niks meer, het is allemaal niks meer”? 🙂
Het ziet er fantastisch uit . Ik vind de “afdruiprekken” juist grappig. Geweldige recensie en weer Keegeliaans virtuoos ,humoristisch “rond geschreven”. Beginnen met frites en eindigen met frites. Bravo.
https://www.parool.nl/kunst-media/een-sobere-don-giovanni-zonder-malle-fratsen~ba4c24a4/
wat met in Noordelijke Nederlanden onder ‘patat’ (of nog erger die ‘vlaamse frites’ in A’dam) verstaat heeft in de verte verste niks van doen met friet, daarvoor moet je in de zuidelijke Nederlanden zijn (maar ook niet overal), en jazeker friet wordt wel degelijk met mayonaise gegeten maar ook hier hebben de noord Nederlanders geen besef van wat mayonaise eigenlijk wel is. De troep die je daar krijgt voorgeschoteld is ronduit walgelijk. In Vlaanderen is het niet veel beter maar toch nog een ietsiepietsie. Brussel en Parijs serveren nog dikwijls zelfgemaakte mayonaise
Is het item “geen woord over de zangers” ( 🙂 ) afgesloten?
sort of….de beste Mozart tenor aller tijden, is voor deze zestigplusser toch nog altijd Tauber, Wunderlich klinkt heerlijk op de plaat, maar de stem klonk anders (lees kleiner) in de zaal…En Mc Cormack klonk ook best aardig in Mozart (op de plaat dus)
Wunderlich, Tauber en Mc Cormack behoren ook voor mij. tachtiger, tot de top Ottavio`s, (top waartoe later onder meer ook Stuart Burrows deel ging uitmaken). En Wunderlich is voor mij nog steeds met grote overmacht de beste Mozarttenor ooit. Wunderlich heb ik helaas nooit live mogen horen, maar van geen van zijn vele opnamen krijg ik de indruk dat hij over een kleine stem beschikte, noch kan ik mij herinneren dit ooit eerder ergens gelezen te hebben. Maar los hiervan: is het bezit van een grote stem een vereiste om aanspraak te kunnen maken op de titel beste Mozarttenor aller… Lees verder »